Staatssecretaris Klijnsma gaat in een Kamerbrief nader in op de verhouding tussen de 'prudent person' regel en het 'life cycle' beginsel.

Download: "Kamerbrief" (pdf, 4 pagina's)

"Naar aanleiding van de gevoerde gesprekken ben ik tot het oordeel gekomen dat een life-cycle beleggingsbeleid weliswaar de meest logische, maar niet de enige methode is om te voorkomen dat oudere deelnemers op of voorafgaand aan de pensioendatum worden blootgesteld aan teveel neerwaarts beleggingsrisico. De formulering in het ontwerpbesluit laat onvoldoende ruimte voor andere methoden.
Ik ben voornemens in het besluit meer ruimte te bieden door het principe voorop te zetten dat de pensioenuitvoerder (pensioenfonds, pensioenverzekeraar of premiepensioeninstellingen) oudere deelnemers effectieve bescherming biedt tegen de gevolgen van het neerwaarts beleggingsrisico. Uitvoerders krijgen mogelijkheden voor een andere invulling van dit principe dan door middel van een life cycle, mits zij kunnen onderbouwen dat hiermee het neerwaartse risico vóór de pensioendatum afdoende wordt gedempt, zonder dat dit in het nadeel is van de overige deelnemers. DNB zal de effectiviteit van de bescherming toetsen en bezien of de invulling in overeenstemming met de bestaande wet- en regelgeving."

Variabel pensioen
"Deelnemers met een premieovereenkomst hebben er belang bij dat de uitvoerder de beleggingen zo snel mogelijk afstemt op zijn voorkeur voor een vast of een variabel pensioen. Daar staat tegenover dat deze deelnemers er ook belang bij hebben dat uitvoerders de mogelijkheid van een variabel pensioen snel gaan aanbieden. Nu het effect op het pensioen van iets meer beleggingsrisico over een korte periode bescheiden is, ben ik voornemens om tegemoet te komen aan het verzoek om ook aan pensioenuitvoerders die een variabel pensioen aanbieden, uitstel tot 1 januari 2018 te bieden van de verplichting om de voorkeur van de deelnemers uit te vragen en het beleggingsrisico op die voorkeur te baseren."

Bron: Rijksoverheid